In gesprek met Jan Boer

De coronabeperkingen zijn bijna allemaal opgeheven. Maar de rubriek ‘In gesprek met…’ heeft in de loop van de tijd een vaste plaats in ‘Onze Gids’ gekregen. Daarom gaan we er nog even mee door. Er zijn nog meer leden met interessante verhalen of met nooit vermoede deskundigheden. Een beperkt lezersonderzoek heeft aangetoond dat de vraaggesprekken behoorlijk goed worden gelezen en worden gewaardeerd.

Vanavond hebben we Jan Boer aan de lijn. Hij heeft vanmiddag met een fietsmaatje een tocht gemaakt op zijn tandem. Jan is een bezige bij, uit Bovensmilde.

Dat er wat met het gezichtsvermogen van Jan aan de hand was dat werd al op jonge leeftijd ontdekt. Hij was amper twee jaar toen de diagnose in het UMCG Groningen werd gesteld. Hij zag toen nog wel een en ander, maar in rap tempo ging zijn gezichtsvermogen achteruit. Op den duur zag hij alleen nog het verschil tussen licht en donker, ontwaarde alleen nog schimmen.

Een paar jaar geleden heeft hij nog weer eens meegedaan aan een groot diagnostisch onderzoek. Veel wijzer is hij daar niet van geworden, anders dan dat het waarschijnlijk om een gen‑mutatie gaat, die is ontstaan in de prenatale ontwikkeling. Een spectaculaire verbetering na een operatie zit er voor hem niet in. Met dit besef heeft Jan geleerd te leven.

Jan groeide op in een gezin met een oudere broer en een jongere zus. Na de kleuterschool in Bovensmilde ging Jan naar Bartiméus en daar heeft hij zijn hele schoolopleiding doorlopen.

Het grote verschil tussen thuis zijn en op het internaat zijn was voor Jan dat hij bij Bartiméus steeds in een groep was. Zijn vader en moeder brachten hem een en ander bij, maar in de groep heerste ook een bepaalde cultuur. ‘Het was verschillend, maar ik heb dit niet als storend ervaren’, aldus Jan. Zijn ouders haalden hem op met de auto om de weekenden thuis te zijn. Later leerde hij zich zelfstandig te verplaatsen met het openbaar vervoer.

Hij bezocht eerst de school voor slechtzienden, maar vanaf zijn twaalfde levensjaar ging hij over naar de brailleschool. Het heeft veel tijd gekost om braille te leren en om die overgang te maken. Dit in combinatie met de afwezigheid van een talenknobbel heeft ertoe geleid dat hij de mavo‑opleiding heeft afgesloten met deelcertificaten voor wiskunde en economie. Op de ECABO‑opleiding bij Sonneheerdt in Ermelo heeft hij de praktijkopleiding computergebruik gedaan.

ECABO was het kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven voor de economisch/administratieve, ICT‑ en veiligheidsberoepen. Deze opleiding werd door Jan afgesloten met een praktijkstage van een maand of negen bij de Gemeente Ooststellingwerf. Daaraan heeft hij heel goede herinneringen.

Aansluitend was er een arbeidsfunctie als administratief medewerker bij een verzekeringsmaatschappij. Een fusie in 1998 impliceerde voor Jan de overgang naar een andere werkplek, hij moest verkassen van Smilde naar Beilen. Daar bleef hij veertien jaar, tot er te weinig werk was en er een re‑integratietraject werd ingeslagen. Uiteindelijk is het doek gevallen, nadat Jan ook nog een aantal cursussen had gedaan bij Visio. Jammer, dat het is niet gelukt om in het arbeidsproces te blijven.

Vrijwilligerswerk werd vanaf toen een belangrijke tijdsinvulling. Zo kwam hij in het NCB‑bestuur tot 2019. Ook kreeg hij het voorzitterschap van de NSVG, de Nederlandse Schaakvereniging van Visueel Gehandicapten, wat sinds november vorig jaar veel tijd opslokt.

Het doel van deze vereniging is het schaken voor mensen met een visuele beperking te bevorderen. Dat gebeurt onder andere door het organiseren van toernooien, het voorzien in aangepast schaakmateriaal en informatievoorziening. Jan is lid van de Schaakclub in Assen en speelt nog heel geregeld een partij.

Zo maar een greep uit Jans glorieuze schaakverleden. In 2004 werd hij voor de vierde keer schaakkampioen van Nederland voor personen met een visuele beperking. In 2010 lezen we in het ‘Dagblad van het Noorden’ dat Jan een geducht tegenstander is tijdens het Univé‑schaaktoernooi in Hoogeveen. In oktober van dat jaar had hij vier van de vijf partijen gewonnen. Als je Jan nu naar zijn huidige prestaties vraagt, dan blijft hij heel bescheiden. Maar uit alles blijkt dat hij zich ook nu nog niet een‑twee‑drie gewonnen geeft tijdens de schaakmatches. Hij speelt er zo’n 30 à 35 per jaar.

Aan de basis van dit schaaktalent staat trouwens zijn vader die hem deze denksport heeft geleerd. Het heeft Jan veel gebracht, reizen naar andere plaatsen in Nederland, maar ook internationaal. Zo bezocht hij meerdere Europese en wereldschaakkampioenschappen voor mensen met een visuele beperking.

In zijn eigen club is hij trouwens de enige speler met een visuele handicap. Een mooi voorbeeld van integratie en inclusie. En er worden vanuit Assen ook regionale wedstrijden bezocht, onder andere in Groningen en Zwolle. Hij heeft zijn tegenstander uit de stad van de Blauwvingers verslagen. Hoe het groepsresultaat was, dat weet hij niet precies meer.

Een andere belangrijke tijdsinvulling voor Jan is de duo‑taak van scriba van de PKN Bovensmilde, een functie die hij samen invult met iemand anders, een dame die wel ziet. Met zijn inmiddels derde hond bezoekt hij regelmatig de diensten van de Protestantse Kerk in Bovensmilde. Deze vinden plaats in de monumentale Waterstaatskerk. De afgelopen twee jaren waren bijzonder, door de corona‑epidemie en was regelmatige kerkgang niet mogelijk. Gelukkig kon hij de diensten online bijwonen.

We zijn nog lang niet uitgepraat met deze vrolijke, onderhoudende Drenth, maar we zijn al ruim een uur en een kwartier met elkaar in gesprek. Er moet vandaag nog meer gebeuren. We stoppen ermee.

Jan geeft nadrukkelijk aan het op prijs te stellen wanneer iemand van de leden van de NCB hem wil bellen. ‘Zet mijn NAW‑gegevens maar duidelijk onder het interview. Ik ben bereikbaar.’

Vanwege privacy wetgeving kunt u de NAW-gegevens van Jan Boer bij ons kantoor in Zwolle opvragen.