In gesprek met Klaasje Huisman

Klaasje woont in Staphorst. Wie de naam van deze plaats noemt, denkt onmiddellijk aan mensen in klederdracht, boerderijen in lintbebouwing, zondagsrust, lokale tradities. En aan voorbijrazende automobilisten op de A28, op doorreis naar het noorden des lands. Wanneer wij – op een rustige donderdagochtend – met de auto op weg zijn naar Klaasje zien we niet zoveel verschil met andere steden en dorpen in Nederland. Ja, toch, één fietser in klederdracht, die zich voorovergebogen inspant om tegen de wind in te komen. Maar overigens zie je net zo veel drukte als overal elders. En bij Klaasje, eenmaal binnen, in haar gezellige woning met prachtige tuin, zie je vrijwel aan niets dat je ergens in Staphorst bent. Toch, daar, in het hoekje onder trap: een tafeltje, met daarop een pop in Staphorster klederdracht. Ook opvallend is de indrukwekkende wand met allemaal boeken en naslagwerken. Deze boekenkast beslaat een hele wand. Klaasje is iemand met veel kennis, goede contactuele vaardigheden en een indrukwekkend sociaal netwerk. Daarbij blijkt ze heel pragmatisch te zijn en belangstellend naar de medemensen. Allemaal eigenschappen die haar leven hebben gevormd en bijgedragen hebben aan haar indrukwekkende carrière en ook hebben geleid tot het feit dat haar naam in politiek Overijssel nog niet vergeten is.

Klaasje is sinds 2020 bestuurslid en vanaf 2021 secretaris van de NCB. Maar daarvoor was ze al vele jaren intensief betrokken bij de Afdeling Oost. Ze werd in 2011 als adviseur in huis gehaald bij de NCB, toen ze stopte met het politieke werk. Er kwam een eind aan haar lidmaatschap van de fractie van de ChristenUnie in Provinciale Staten van Overijssel. Bij haar afscheid van de Staten roemde de toenmalig commissaris van de koning, Ank Bijleveld, haar kwaliteiten als bruggenbouwer. Klaasje wist als geen ander diverse fracties van uiteenlopend pluimage achter moties en wijzigingsvoorstellen te krijgen. Dit is een kwaliteit die haar ook binnen de NCB goed van pas kwam en komt. Henk van den Berg en Wim Driessen vroegen haar, toen ze na de politiek weer wat meer ruimte in haar agenda kreeg, of ze eens een bijeenkomst van de NCB wilde bijwonen. Ja, zo is het gekomen. En toen is ze gebleven.

Ze werd actief als ondersteuner van de afdelingssecretaresse van regio Oost van de NCB, die vanwege haar visuele beperking niet zelf de uitnodigingen kon versturen. Klaasje ging het uitvoerende werk doen. Boottochten, afdelingsbijeenkomsten met diverse onderwerpen, er was altijd heel wat werk te verzetten. Velen kennen Klaasje ook van haar telefoontjes voorafgaand aan iemands verjaardag, de mogelijkheid om een plaatje aan te vragen voor de Muzikale Fruitmand. Onderhouden van onderlinge ledencontacten en het verbeteren van iemands leefomstandigheden, daarop was de inzet van Klaasje gericht. En toen kwam de vraag van het NCB-bestuur of ze secretaresse wilde worden van het hoofdbestuur. Nou, daar moet je dan toch wel even over nadenken. En uiteindelijk zit je dan zomaar in de jaren waarin het honderd jarig bestaan van onze vereniging wordt voorbereid. Heel veel werk aan de winkel. Maar Klaasje blijft rustig, onder alle omstandigheden, gestaag doorwerkend.

Haar wieg stond in Rouveen, een onderdeel van de gemeente Staphorst. Ze is de tweede van een groot gezin, in totaal dertien kinderen. Haar vader was bedrijfsleider bij Philips Staphorst, een onderdeel van Philips Zwolle. Na de lagere school en enkele jaren ulo in Zwolle ging ze aan ’t werk in de fabriek van haar vader, in alle mogelijke functies: op de administratie, in de catering en in de fabriek, manusje van alles. Ondertussen volgde ze allerlei cursussen. 

De wereld is groter dan Staphorst en bij je vader werken is niet gezond, hoewel ze alle ruimte kreeg in haar werk, en toen bij Philips in Zwolle een vacature kwam, werd ze gevraagd daar te gaan werken. Philips Zwolle was het moederbedrijf van fabrieken wereldwijd voor het produceren van elektrolytische condensatoren, dus ook veel internationale contacten. Dat was wel een totaal andere werkomgeving, van het platteland naar de grote stad. Maar liefst vijfhonderd personeelsleden, wat een kolossale fabriek! Niemand wist toen nog dat de automatisering en robotisering de komende decennia toe gingen slaan en zouden leiden tot een aanzienlijke reductie van het personeelsbestand.  Er was veel aandacht voor efficiëntie en het rendement van de machines. Naast de werkzaamheden op de afdeling, kwamen geregeld verzoeken van andere afdelingen om in te vallen bij ziekte of extra werk, zoals telefoniste, typewerk van afstudeerprojecten en rapportages van stagiaires.

Klaasje vertelt graag de anekdote van het aanvragen van internationale telefoongesprekken. Dat moest eerst via de eigen centrale en daarna via de PTT-centrale-buitenland. Er ging wel even tijd mee heen, voordat de verbinding echt tot stand kwam. Ondertussen had degene die het gesprek had aangevraagd zijn werkplek soms verlaten en moest er via de bedrijfsintercom een oproepbericht omgeroepen worden. Sommige ijdele lieden vonden dat prachtig en dachten dat ze daardoor heel belangrijk waren: voor hem…, een internationaal telefoongesprek! Iedereen kon het horen.

Klaasje ontwikkelde ondertussen een gerichte belangstelling voor de technologische ontwikkelingen binnen het bedrijf en de automatiseringsprocessen. En dat bleef in Staphorst niet onopgemerkt. Ze stapte over naar Brink Luchtverwarming, een bedrijf dat sterk in opkomst was. Zij kwam daar als secretaresse van de verkoopleider. En ze is daarna steeds doorgegroeid tot Hoofd Verkoop Binnendienst. Veel contacten met de buitendienst, serviceafdeling, het plannen van de inzet van onderhoudsmonteurs, contacten met toeleverende en afnemende bedrijven. De eerste jaren moest alles nog met typemachines worden vastgelegd en toen kwam de computer. Ineens hoefde je niks meer te corrigeren, je kon alles met ‘wijzigen en opslaan’. Geen dubbel werk meer. Ook hier een anekdote. Een afnemer wilde informatie over vervanging en bestelling van een gasgestookte luchtverwarmer. Hij kreeg de nodige informatie en de prijzen, maar vroeg toen: mag ik een meneer ?

Als je de loopbaan van Klaasje overziet, dan verbaas je je over de totale verandering van administratieve dienstverlening en technische productie. Dat zij dit allemaal heeft kunnen bijhouden, in één professionele carrière.

Familie is belangrijk voor Klaasje. Op haar verjaardagskalender zijn meer namen vermeld dan we ooit bij iemand anders hebben gezien. Er zijn sterke onderlinge contacten, zussendagen, gezamenlijke vakanties, er is altijd wel iets in de planning. Inmiddels zijn er 103 (oud)tantezeggers. Ook kerkelijk is ze zeer actief. Dat begon jaren geleden, met jeugdkampen. Daar heeft ze ook enorm veel van geleerd. Met de meisjesclub op de fiets naar Dwingeloo. Lekke banden plakken. Weekenden voor catechisanten in Ermelo. Klaasje vertelt grappige anekdotes uit die tijd. En dan nu, al weer vele jaren: scriba van de kerkenraad, ook geen sinecure.

Haar vader heeft de basis gelegd voor haar belangstelling voor de politiek. Al jong ging ze graag met hem mee naar de raadsvergaderingen. Vanaf 1988 heeft ze op de lijst gestaan voor de gemeenteraad, altijd bij de eerste vijf. Er kwamen toen geen vrouwen in de raad. Vervolgens kwam ze ook op de lijst voor de provincie. De eerste keer kwam ze 25 stemmen tekort om in de staten te komen en ging haar zetel naar een andere partij. Maar vier jaar later, bij de volgende verkiezingen, was het bingo. Het werk op provinciaal niveau heeft ze met veel inzet en veel voldoening gedaan. Want daar speelt zoveel meer dan op plaatselijk niveau. Ze zocht verbinding met andere partijen, wat zelfs de commissaris van de koning opviel, zoals hiervoor reeds opgemerkt werd.

Vakanties, een onderwerp waarover Klaasje niet gauw is uitverteld. Want die vormen een belangrijke invulling van de zomer. Nederland, diverse Europese landen, Israël, Suriname, Brazilië, wandelen, fietsen langs de Vecht, de Donau, de Bodensee, de Noordzee en cultuur. Zelfs tijdens het vraaggesprek komt er een telefoontje binnen, over een kunstreis: Van Gogh in Frankrijk. Nog maar even over nadenken, aldus Klaasje. Trouwens, wist u dat Klaasje veertien jaar gids is geweest op Paleis Het Loo. Ze weet onwaarschijnlijk veel van het Oranjehuis en van de geschiedenis van het Apeldoorns paleis. Tot de renovatie in 2020 was ze daar twee zaterdagen per maand te vinden. Dus ze kent alle ins en outs van deze vorstelijke verblijfplaats.

Verveling is een woord dat Klaasje niet kent. Op bezoek gaan bij zieken. Eén dag per week actief voor de Verre Naasten. Contact onderhouden met familie en vriendinnen. En dan het bijhouden van haar tuin. Muziek luisteren, lezen, handwerken. Deze selfmade-woman is altijd bezig. Nu vooral ook met de NCB. Al een paar jaar wordt er gewerkt aan de jubileumpublicatie, Klaasje is secretaresse van de redactiecommissie. En dan het voorbereidende werk van de Feestelijke Bondsdag. Maar Klaasje gaat er niet onder gebukt. Want tijdens haar arbeidzame leven en ook nu tijdens haar pensioen laat ze zich leiden door het volgende gedicht:

God, geve mij de kracht
de dingen te veranderen
die ik kan veranderen,
de dingen te aanvaarden
die ik niet kan veranderen
en de wijsheid
deze te onderscheiden.

Wilt u Klaasje bellen naar aanleiding van dit interview, dat kan, haar gegevens zijn bekend op ons kantoor in Zwolle.