Deel 12 – 100 jaar geschiedschrijving

Grondslag en doel van de NCB
 

In het eerste nummer van De Blindengids geeft de heer Th. W. Aris, voorzitter van de NCB, de zienswijze weer van de NCB over de plaats van de blinde christen in de maatschappij. Een blinde, schrijft hij, staat in het volle leven waar blinden hun mogelijkheden vaak overschatten maar waar nog vaker zienden de mogelijkheden van blinden onderschatten. Hij vindt die laatste misvatting veel erger dan de eerste. Zienden en niet-zienden moeten naast elkaar in Gods Schepping staan. Hij prijst daarbij meteen de NCB en haar werk aan. Christenen, christelijke verenigingen en predikanten geven soms steun aan zgn. neutrale organisaties van en voor blinden en gaan voorbij aan de Christelijke Blindenbond. Dat kan niet. De oorzaak hiervan kan alleen maar onbekendheid met de NCB zijn. Elk terrein waar Christus buiten gehouden wordt moet verboden terrein zijn. Daar moet iedereen goed van doordrongen zijn. Geen halfslachtigheid maar in alles geldt het beginsel.

Dit onderwerp komt regelmatig terug. De voorzitter noemt betaald werk voor blinden noodzakelijk en een zelfstandige maatschappelijke positie wezenlijk zonder afhankelijk te zijn van barmhartigheid. De NCB gaat voor al haar werk steeds uit van Gods Woord. Op grond van datzelfde Woord hebben ook de kerkenraden een taak het werk van de NCB te steunen, een taak waaraan ze niet voorbij mogen gaan.

Een blinde is niet beklagenswaardig en zienden moeten meeleven, niet meelijden. Ze moeten zorgen dat blinden betaald werk krijgen om de gezinnen te kunnen onderhouden. Het streven naar lotsverbetering door de christelijke blindenbond heeft een geheel andere basis dan bij de zgn. neutrale bond. Voor de NCB is de Bijbel maatstaf.

De NCB vindt dat het blindenvraagstuk niet alleen een broodkwestie is. Het gaat behalve over de vraag hoe blinden een behoorlijke plaats in de maatschappij krijgen ook over de geestelijke achtergrond. Neutraal bestaat gewoon niet. Wie dat niet inziet is geestelijk blind en dat is nog veel erger dan lichamelijk blind. De praktijk heeft bewezen, aldus nog steeds de NCB-voorzitter, dat niemand op maatschappelijk, staatkundig, sociaal en politiek terrein neutraal kan zijn.

Deze uitgangspunten worden ook vastgelegd in de statuten. Voor wijziging van de statuten en voor ontbinding van de vereniging (artikel 15) is steeds een twee derde meerderheid nodig. De grondslag (artikel 3) van de NCB is de Bijbel als Gods onfeilbaar Woord. Van dit artikel wordt meteen vastgelegd (in artikel 16) dat het niet kan worden gewijzigd. Het doel van de NCB (artikel 4) is in het bijzonder de behartiging van de geestelijke en de maatschappelijke belangen van de leden en van de blinden in het algemeen. De NCB tracht het gestelde doel te verwezenlijken (artikel 5) door voorlichting te geven, door de belangen van de leden te bevorderen met goede arbeidsvoorwaarden en wettelijke regelingen en de leden morele steun te verlenen. Bij de kerken belangstelling wekken en steun te vragen en binnen de eigen grondslag en doel met organisaties samen te werken en een eigen orgaan uit te geven.

Het belangrijke werk van de NCB is begonnen.